Olbia is de toegangspoort tot de parelwitte stranden van de noordoostkust van Sardinië en de sprankelende Costa Smeralda. Dit is waar jetsetters, filmsterren en de ‘glitterati’ arriveren om te genieten van 'la dolce vita' in Sardijnse stijl. Olbia, met de Griekse naam die 'gelukkig' betekent, was vroeger een klein vissersdorp. Nu is het uitgegroeid tot de drukste veerhaven van Sardinië, compleet met een internationale luchthaven en tal van toeristische voorzieningen. Het landschap is gehuld in aromatische wilde kruiden, de macchia, en de omringende zee gloeit in elke tint elektrisch blauw, op een weinig bekende en exclusieve plek die erop wacht ontdekt te worden.

De smalle, geplaveide straatjes van de middeleeuwse citadel van Alghero, vol boetieks, barren en restaurants, lopen richting de haven en de uitgestrekte baai. Het is gebouwd in boterachtige zandsteen die in de ondergaande zon een zachte abrikozentint gloeit en is de meest pittoreske oude binnenstad van Sardinië. Palazzo's en straatnaamborden in Spaanse stijl in het Italiaans en Catalaans weerspiegelen het trotse erfgoed: 300 jaar Aragon-heerschappij. Omzoomd door dennenbossen, kronkelen lange zandstranden, hotels en barren naar groene landtongen. Het is een idyllische omgeving.

Met goudkleurig zand, koel water en een zachte zeebries trekt de tweede grootste van de Canarische eilanden enorme aantallen zonaanbidders en watersportliefhebbers aan. Het eiland zelf heeft nog veel meer te bieden, van dorre woestijnlandschappen en fascinerende vulkanen tot kleurrijke en karakteristieke steden en aangename havenpromenades.

Malaga is misschien niet zo populair als andere Spaanse steden, maar een kort bezoek aan de geboorteplaats van Pablo Picasso is genoeg om het hart van elke bezoeker te veroveren. Met een geweldige mix van oude geschiedenis en moderne cultuur, bijna 3.000 uren met zon per jaar en meerdere kilometers strand, is het vrij eenvoudig te begrijpen waarom Málaga wordt omschreven als 'Paradijs stad'.